14 okt Lyda Dirkse & Maria van den Eertwegh
In hoeverre kunnen schilderijen en sculpturen op elkaar lijken? Kempro geeft antwoord en benut tegelijkertijd de expositieruimte optimaal. Qua stijl, uitstraling en mystiek passen de werken van Lyda Dirkse en Maria van den Eertwegh bij elkaar als zusjes. Qua vorm zijn het eerder buren… de schilderijen van Maria van den Eertwegh versieren de wanden; de sculpturen van Lyda Dirkse pronken in de ruimte.
Mystiek en emotie
Lyda laat zich inspireren door de mystiek van oude culturen enerzijds en het vormgeven aan persoonlijke emoties anderzijds. Haar keramische objecten zijn van deze tijd en dragen tegelijkertijd een verwijzing naar het verleden. Soms worden oude tekens en symbolen in de klei gegrift, of voegt zij glas of koper toe aan haar sculpturen. De contrasterende materialen beïnvloeden en versterken elkaar. Het glas geeft een spannende speling met het licht, en koper een extra stukje glans. Het resultaat is stoer en toch fragiel, ingetogen en toch trots. De kunstwerken stralen een mystieke schoonheid uit die zowel autonoom als harmonieus is. Die tegenstelling zorgt voor de fascinatie die haar kunst bij de toeschouwer oproept. Haar objecten bouwt ze met de hand op uit verschillende soorten klei. De glazuren en engobes stelt ze zelf samen en worden heel dun aangebracht. De natuurlijke structuur van de klei en het oppervlak blijft daardoor behouden.
Intuïtie en emotie
Een natuurlijke eenvoud siert de werken van Maria,het geeft er de zuiverheid en aardse schoonheid aan, die zo kenmerkend zijn. Zelf zegt zij daarover: “Het gaat mij niet alleen om de verbeelding maar ook om het gevoel. Ik schilder zoals ik in de wereld sta. Mijn werk ontstaat vanuit een positieve, intuïtieve houding; ik werk zelden vanuit een thema of een vooraf bedacht idee. Als de dag net begonnen is en mijn zinnen fris zijn, dan schilder ik. Met mijn intuïtie als voornaamste bron. Ik laat mij door de stroom meevoeren. Door laag over laag te werken, combineer ik emoties en geeft ik mijn werk een huid. In elke laag staan symbolen of zelfs dagboekfragmenten die expressie geven aan klachten, wensen of verwondering. Gedeeltes daarvan verdwijnen onder de volgende laag verf; maar er blijven altijd fragmenten zichtbaar als beeldelementen. In verf gestolde emotie. Aldus ontstaat het werk inclusief zijn zichtbare en onzichtbare geschiedenis.”